‘Erkenning en waardering voor Osse gastarbeiders niet via monument’
Er zijn betere manieren dan het plaatsen van een monument om waardering uit te spreken voor de rol van de gastarbeiders bij de opbouw van Oss. Dat antwoordt het college van B en W op vragen die waren gesteld door D66.
De partij vond het de hoogste tijd om de gastarbeiders die vanaf eind jaren vijftig in Oss kwamen werken bij bijvoorbeeld Zwanenberg, Bergoss en Unox te eren met een eigen monument.
Het college vindt ook dat gastarbeiders een belangrijke rol hebben gespeeld bij de opbouw van de gemeente Oss. Maar het plaatsen van een monument is volgens het college niet de beste manier om hier bij stil te staan: “Een monument is een van de mogelijkheden om recht te doen aan de erkenning en waardering van gastarbeiders. Het college is hierin niet de initiatiefnemer en ziet niet de noodzaak om voor elke groep die een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de gemeente Oss, een monument te plaatsen. Als meerdere groepen en gemeenschappen dit zouden willen, ontstaat er willekeur en verrommeling van de openbare ruimte”, aldus het antwoord van B en W.
'Vertellen van verhalen'
Volgens het college is er een betere manier, namelijk via ‘dynamische projecten en evenementen vanuit inwoners die het erfgoed beleefbaar maken’. Het gaat dan om publicaties, tentoonstellingen en educatie. “Door het vertellen van de verhalen willen we bijdragen aan de zichtbaarheid en beleefbaarheid van het erfgoed. Niet door het plaatsen van een statisch monument”, zo stelt het college. Als voorbeeld wordt gegeven de publicatie ‘Ver van huis en haard’ die voormalig gemeenteraadslid Mahmut Erciyas schreef over de gastarbeiders.
Het initiatief voor het plaatsen van een monument ligt altijd bij inwoners en maatschappelijke organisaties. De gemeente heeft daar geen beleid, doelstellingen, middelen en capaciteit voor, zo wordt nog eens uitdrukkelijk uitgelegd.