Geluidswand langs A59 komt er, behalve bij de Tweede Morgen: 'Voelt als pesten'
Ruim twintig jaar maken bewoners van de Tweede Morgen zich hard voor de komst van een geluidswand langs de A59. Nu Rijkswaterstaat plannen heeft om geluidswanden te plaatsen langs meerdere snelwegen dachten de bewoners ook eindelijk aan de beurt te komen.
Toen de bewoners van de Tweede Morgen hoorden dat Rijkswaterstaat geluidswallen gaat plaatsen, konden ze hun geluk niet op, maar dat was van korte duur. Langs de A59 komt inderdaad een nieuwe geluidswand, maar níét parallel aan hun buurt.
(De tekst gaat verder onder de afbeelding).

“Daar zakt je broek toch van af. In Brabant willen ze zo’n driehonderd kilometer aan geluidswanden aanleggen. Wij praten over een stukje van tweehonderd meter. Is dat nu teveel gevraagd”, aldus bewoner Mari van Dooren. Bewoonster Tineke Kamp vult aan: "Ik dacht: hebben wij iets misdaan ofzo. Wat heeft de andere wijk naast ons wel, wat wij niet hebben. Het voelt als pesten. Heel vervelend." Ook bewoner Ad Bouwman snapt niets van het plan: "Het lijkt alsof er een vloek ligt op dit stukje snelweg."
(De tekst gaat verder onder de video).
65 decibel
Maar volgens Rijkswaterstaat is het wettelijk niet nodig om langs de Tweede Morgen een geluidswand te plaatsen. Ad Bouwman vertelt: “Ze komen niet eens meten. Ze berekenen met een algoritme de geluidsbelasting aan de gevel. Bij acht van de tien woningen die direct aan de snelweg liggen, berekenen ze precies de wettelijke norm, waardoor er geen geluidswand hoeft te komen.”
Maar daar denken de buurtbewoners anders over. “Wij hebben zelf meerdere metingen uitgevoerd. Met mooi weer, als het regent, overdag, maar ook ’s avonds en we komen altijd boven die norm van 65 decibel uit”, aldus Van Dooren. "We kunnen niet eens het raam openzetten voor frisse lucht of rustig in onze achtertuin zitten", aldus Kamp.
Huis te koop
De bewoners hebben de afgelopen jaren van alles geprobeerd om de komst van een geluidswal mogelijk te maken. Van handtekeningenacties tot hulp vragen bij de gemeente Den Bosch. Ze voelen zich machteloos, maar blijven hoop houden. “Ik heb meerdere keren overwogen om mijn spullen te pakken, ondanks dat mijn kinderen hier zijn opgegroeid, de fijne buurt en dat ik hier het merendeel van mijn leven heb doorgebracht”, zegt Van Dooren met tranen in zijn ogen. “Maar als ik nu binnen een of twee jaar hoor dat er wéér niks gaat gebeuren, dan zet ik het huis te koop en dan zijn we weg.”