Kanalen zoals Zuid-Willemsvaart belangrijkste thema in nieuw waterakkoord waterschappen en Rijk
De Zuid-Willemsvaart is van cruciale betekenis in deze tijden van extreem weer. Dat staat in het nieuwe waterakkoord dat de waterschappen Aa en Maas, Brabantse Delta, De Dommel, waterschap Limburg en Rijkswaterstaat hebben getekend over de aan- en afvoer van water.
Het gaat dan specifiek over het Maaswater, dat wordt aangevoerd via rijkskanalen zoals de Zuid-Willemsvaart, om het achterland van onder meer Oost-Brabant van water te voorzien. Daardoor vallen sloten en beken niet droog, blijft het water stromen en de grondwatervoorraad wordt aangevuld. De kanalen zijn dan de enige manier om het achterland van Oss, Bernheze, Den Bosch en Maashorst van water te blijven voorzien. Ook wordt het teveel aan regenwater via deze kanalen afgevoerd om droge voeten te houden.
"De wispelturigheid van het klimaat is om gek van te worden, dan moet je wendbaar zijn. Stel: de Maas valt helemaal droog en er komen drinkwatervoorzieningen in het gedrang. Je kan niet alles voorspellen. Dus spreken we veel dingen af, waardoor niemand water tekort of teveel krijgt, maar houden we veranderingen in de gaten. Dan kunnen we daar samen op inspelen", zegt de droogtecoördinator van waterschap Aa en Maas, Jos Kruit.
Rijkwaterstaat is de beheerder van het kanalenstelsel in Noord-Brabant, en de Zuid-Willemsvaart, die van Maastricht tot en met ’s-Hertogenbosch loopt, is een van de belangrijkste rijkskanalen in de provincie. Het nieuwe akkoord is een vervolg op de eerste overeenkomst uit 1994. Nu staat de samenwerking tussen Rijkswaterstaat en de waterschappen meer centraal.