Lokale ondernemers in onzekerheid door energiecrisis

De huidige prijsstijgingen dwingen lokale ondernemers tot drastische maatregelen. Hun rekeningen rijzen de pan uit terwijl hun winsten dalen. Hierdoor moeten zij hun prijzen verhogen of productiekosten verlagen.

John Schouten, eigenaar van de Dagwinkel in Loosbroek heeft zijn prijzen aangepast om de energierekeningen, die vier tot vijf keer hoger zijn geworden, te betalen. “Het laatste jaar hebben we de prijzen met twintig procent omhoog gegooid en kunnen we wel rondkomen. Het moet alleen niet veel gekker worden met de energierekening.”

Ook de eigenaren van Slagerij van den Tillart in Vorstenbosch voelen zich genoodzaakt om de prijzen te verhogen. “Dat is iets wat we niet willen”, stelt slager Dirk van den Tillart. “Mensen hebben het zelfs al moeilijk en wij willen het liefst een goed product tegen een lage prijs verkopen, maar dat wordt steeds moeilijker.” Het bedrijf van Van den Tillart bestaat al bijna negentig jaar, maar de huidige energiecrisis maakt hem onzeker over de toekomst van de slagerij. “Mijn zoon van 14 zou het graag van me overnemen over een paar jaar, zolang hij dat wil ben ik nog niet van plan de handdoek in de ring te gooien.”

Op dit moment probeert Van den Tillart zijn prijzen laag te houden door zelf te besparen op productiekosten. “Ik heb de vriezer en koeling uit staan, ik ben aan het kijken naar zonnepanelen en ga efficiënter om met de spullen die ik moet gebruiken.” Zijn energierekening is gestegen van 15.000 euro naar ongeveer 45.000 euro, naar verwachting wordt dat bedrag volgens hem in het volgende jaar nog hoger.

Cultureel erfgoed

Schouten onderstreept het belang van de kleine lokale ondernemingen. “Ik probeer dingen altijd positief in te zien, we zijn de enige supermarkt in het dorp en spelen dus een grote rol in het behouden van de leefbaarheid in Loosbroek”. Zolang de energieprijzen niet nog verder stijgen denkt Schouten dat de supermarkt deze rol kan blijven vervullen.

Van den Tillart heeft wél overwogen om de slagerij te sluiten, terwijl hij ook vindt dat de kleine ondernemingen belangrijk zijn voor een dorp. “De kleine bakkers en slagers zijn cultureel erfgoed, ik denk dat we daar zuinig op moeten zijn.”